Werkvorm
Een kort blogje over Storytelling met een werkvorm: “de verhalenput”.
Wat kun je met de verhalenput?
Eigenlijk twee dingen:
– Je kunt laten zien in een groep dat iedereen een vat vol verhalen is. Mensen denken wel eens dat dit niet het geval is: na deze oefening weten ze dat dat wel zo is.
– Je kunt het narratieve klimaat snel op gang brengen doordat je iedereen aan de beurt laat komen, zijn stem laat gebruiken en in de stemming van het vertalenvertellen laat komen.
Hoe werkt het?
Je gaat in een kring staan of plaatst stoelen in een kring (hangt een beetje af van de groep). De verhalenput “bevindt” zich in het midden. Eén voor één gooit iedereen een verhaal in de put.
Eerst een ronde van één zin (iedereen kan meerdere keren aan de beurt komen) waarin iedereen begint met “Ik ben (bv) drie en (ik heb alle bloemen uit de voortuin van mijn buurvrouw geplukt). Geen langere zinnen!
En dan een ronde waarin je dezelfde start maakt maar de herinnering vul je nog aan met de emotie die je toen ervoer, bijvoorbeeld: “Ik was eerst heel gelukkig met mijn gevulde mandje en daarna heel verdrietig omdat de buurvrouw woest achter me aan was gerend”. Voor de tweede ronde kunnen heel nieuwe gebeurtenissen gebruikt worden.
De groep merkt dat de verhalen opborrelen, ook omdat het ene verhaal aan het andere verhaal herinnert. Je zou hier eindeloos mee door kunnen gaan.
Een dame die vóór de vakantie meegedaan had met een verhalenput, vertelde dat ze niet meer wist wát ze verteld had, wel dat ze héél véél verhalen bleek te hebben.
Waar gezien?
De verhalenput heb ik voor het eerst in werking gezien bij de Storytelling Academy, met een groep Storytellers. Maar hij is ook heel leuk om te doen met mensen die niets met verhalenvertellen te maken hebben gehad.