Soms duurt het even voor ik denk: “Héé, dat was eigenlijk een gek gesprek”.
En dat ik dan ook nog denk “en ik deed nét zo gek”.
Het kwam eigenlijk doordat iemand, wat besmuikt, in een gesprek met wat mensen zei: “Eigenlijk, hè, is de reden waarom ik doe wat ik doe, dat ik wereldvrede wil”.
En wij barstten uit in een smakelijk lachsalvo.
Hij keek er ook bij alsof hij het verwachtte. Peacetekens zag ik rond zijn hoofd vliegen. “Heal the world”, begonnen we bijna te zingen. We kregen zin in bloemen in ons haar en blote voeten in het gras.
Ja, inderdaad, wereldvrede, hoe kóm je er bij! Whoehaha!
En nu ben ik een paar dagen verder en denk ik: Whoehaha?
Verzetsstrijders heb ik in mijn bloedlijn. Joodse onderduikers hadden ze. Hun huis was een “doorvoerhuis”: Joden kwamen er korte tijd, voor ze naar hun volgende bestemming gingen. Deden ze gewoon: dat vonden ze normaal.
In de oorlog riepen ze op tot verzet tegen de behandeling van Joden. Mijn overopa organiseerde mede de Februari staking. Met als gevolg verblijf in de gevangenis, waar hij veroordeeld werd tot 10 jaar tuchthuis. Opgevolgd door een jaar of twee gevangenschap in Duitsland.
Mijn andere overopa? Die lieve waar we altijd graag heen gingen voor de gezelligheid en de snoepjes? Die praatte niet over de oorlog. Maar bleek uiteindelijk ook zijn steen te hebben bijgedragen.
Niet mijn verdienste, natuurlijk. Waarom ik, die er toen nog láng niet was, dit er nú bij sleep? Omdat ze dit deden in een tijd van dreiging, van onverdraagzaamheid, van slechte behandeling van medemensen. Omdat ze een mooie wereld wilden voor iedereen. Beetje wereldvrede.
En nu leven we wéér in een rare tijd. De wereld trilt op zijn grondvesten. De gevolgen komen al dichterbij. En als iemand dan tegen mij zegt: ik wil wereldvrede. Dan zeg ik dus Whoehaha.
En dat is dus eigenlijk….. een beetje gek.
Dus als iemand nog eens tegen mij zegt: wat wil je echt?
Wereldvrede, jongens!
En als we dat, alle 17 miljoen, alle 500 miljoen, alle 7 miljard, zeggen.
Dan is dat niet een beetje grappig.
Dan komen we misschien nog eens ergens.